Een beetje nerveus liep Sofie naar de balie. Daar zat de receptioniste aan de telefoon. “Het spijt me,” zei ze in haar oortje terwijl haar vingers over het toetsenbord gingen. “Hij is op dit moment in bespreking. Kan ik een boodschap doorgeven?” Haar gelakte nagels tikten op de toetsen toen ze het antwoord typte. “Dank u wel, ik geef het gelijk aan hem door. Prettige dag.”
Ze drukte op de muis en keek Sofie aan. “Kan ik u helpen?” vroeg ze vriendelijk.
Sofie glimlachte beleefd. “Ik ben net aangenomen,” zei ze. “Ik moest naar…”
De receptioniste viel haar in de rede. “Ah, u komt voor Simone. En u bent?”
“Sofie Verliet,” stelde ze zichzelf voor. De receptioniste strekte haar hand om iemand te bellen, maar bedacht zich toen er een man bij de balie kwam staan.
“Heeft Berend nog gebeld over die ontbrekende aanslagen?” informeerde hij.
De receptioniste knikte. “Iemand heeft ze afgegeven, ik zal ze even pakken.” Ze kwam overeind. “Ik kom zo bij u,” zei ze tegen Sofie en ging snel weg.
Sofie keek naar de man en haar hart sloeg een slag over. Hij straalde gezag en macht uit. Ze vermoedde dat hij een van de meest ervaren accountants was. Hoewel hij casual gekleed was, zou hij zo in een tweesterrenrestaurant kunnen lopen zonder negatieve aandacht te trekken.
Plots realiseerde ze zich dat hij naar haar keek. Betrapt wendde ze snel haar blik af.
“Sorry, ga ik voor mijn beurt?” vroeg hij.
Sofie schudde haar hoofd. “Ja. Nee. Een beetje,” stamelde ze. Snel herpakte ze zich. “Dit is mijn eerste dag. Ik was op weg naar Simone Donze.”
De receptioniste kwam terug en legde een stapel papieren op de balie. De man bedankte haar vriendelijk en wendde zich dan weer tot Sofie. “Ik zal je wel naar je werkplek brengen, ik moet toch op die afdeling zijn.” Hij pakte de papieren van de balie en ging haar voor naar de lift.
“Werk je hier al lang?” vroeg Sofie om de stilte te vullen.
Hij keek haar een paar tellen zwijgend aan. Ze kon zijn blik bijna op haar huid voelen. “Vanaf de eerste dag,” antwoordde hij tenslotte.
De deuren schoven open en er stapte een vrouw uit, die de man vrolijk begroette. “Dus je kent de eigenaar goed,” merkte ze op, zich afvragend wat haar bezielde dit te zeggen.
Hij grijnsde geheimzinnig. “Dat kun je wel zeggen.” Ze gingen de lift in en hij drukte op de knop om naar de tweede verdieping te gaan. “Ik ken iedereen die hier werkt,” vervolgde hij. “Behalve jou, maar daar gaan we aan werken.”
Sofie keek hem argwanend aan. Stond hij haar nou schaamteloos te versieren? Ontspannen stond hij tegen de wand van de lift geleund. Waarom moest hij zo knap zijn?
“Ik ben trouwens Sofie,” zei ze.
De man knikte rustig. “Dat hoorde ik, ik kwam net aangelopen.”
“En jij bent?” drong ze aan.
De man trok zijn wenkbrauw een stukje op, maar glimlachte al snel. “Stephan,” stelde hij zich rustig voor. Ze stapten de lift uit. Ze kwamen in een kleine hal met aan weerskanten een deur en in het midden twee openstaande glazen deuren.
Links stond de deur van een kantoor open. “Even dit neerleggen,” zei Stephan en liep het kantoor in.
Sofie gluurde naar binnen. Het bureau lag vol papieren en het postvakje op de hoek puilde uit van de brieven. Haar handen jeukten om het op te ruimen. “Degene die hier werkt, mag wel eens wat vaker opruimen,” flapte ze eruit. “Ik snap niet hoe iemand hier iets kan terugvinden.”
Stephan legde de papieren op het bureau en kwam vervolgens de gang weer op. “Hij heeft veel te doen, maar raakt vrijwel nooit iets kwijt.” Hij gebaarde naar de glazen deuren.
Ze liep met hem mee en ze kwamen in een ruimte met meerdere bureaus en archiefkasten. “Hier wordt vrijwel alles gedaan en bewaard,” legde hij uit. Onbeperkt koffie, thee, chocomel en soep uit een automaat. Best goed spul,” voegde hij er waarderend aan toe.
Er zaten enkele mensen aan hun bureau te werken. Een vrouw van middelbare leeftijd kwam naar hen toe en stak haar hand uit. “Jij bent vast Sofie,” zei ze hartelijk. “Ik ben Simone. Ik regel vrijwel alles in deze kamer. Ik zie dat je meneer Blaeyenberg al hebt ontmoet.”
Binnen een fractie van een seconde zakte de moed Sofie in de schoenen. Blaeyenberg? Dit administratiekantoor heette Blaeyenberg & Wesselinck. Ze had gelezen dat Wesselinck vijf maanden geleden was overleden, al had hij al eerder afscheid genomen van zijn werk.
“Bedoelt u…” stamelde Sofie. “Blaeyen… Bedoelt u dat…”
Stephan grinnikte en keek haar geamuseerd aan. “De enige echte,” antwoordde hij vrolijk. “Eigenaar en medeoprichter van dit kantoor en tevens eigenaar van het meest rommelige bureau in deze vestiging.”
Sofie sloeg haar handen voor haar opengevallen mond. “Dat meen je niet! Oh, het spijt me! Ik bedoelde niet…”
Stephan lachte weer. “Rustig, ik ontsla je heus niet omdat je je mening geeft. Trouwens, Simone regelt de sollicitaties, ze vermoordt me als ik me ermee bemoei. Wil je koffie?”
“Eh, ja, lekker,” stamelde ze. “Met melk en suiker, alstublieft.”
Ze kon zichzelf wel voor haar kop slaan. De eigenaar! Ze had staan praten met de eigenaar en ze had zijn volle bureau belachelijk gemaakt. Haar eerste werkdag zou ongetwijfeld ook de laatste zijn.
“Kom verder, dan laat ik je werkplek zien,” zei Simone hartelijk. “Trek je niks van hem aan, hij is echt de moeilijkste niet. Dit is je bureau.”
Het was een eenvoudig maar stevig bureau. Ze zag een beeldscherm, toetsenbord en muis en op de hoek stond een telefoon met minstens twintig knoppen erop. “De computer staat onder het bureau. Iedereen heeft zijn eigen computer, die van jou is nummer vier.”
Stephan kwam terug en zette een bekertje koffie neer. “Welkom bij de club,” zei hij. “Mijn kantoor heb je al gezien. Mocht er iets zijn, ben ik daar te vinden, al hang ik ook vaak hier rond. Ik ben geen eigenaar die anderen het werk laat doen.”
Sofie keek om zich heen. Er zat een vrouw met een zwarte rok, zwarte panty en witte blouse aan de telefoon. Een andere medewerker had gewoon een spijkerbroek aan met een eenvoudig T-shirt. “Ik kon niks ontdekken over de kledingvoorschriften,” merkte ze op.
Simone knikte. “Trek gewoon iets aan waar je je goed in voelt, zolang het maar niet te bloot of aanstootgevend is.”
Stephan grijsde ondeugend. “Mij zul je daar niet over horen klagen.”
Simone gaf hem een duw. “Hou toch op. Moet jij niet aan het werk? Je hebt een deadline om drie uur.”
Stephan gaf Sofie een knipoog. “Ik zie je snel weer.” Ze zag zijn blik een stukje zakken voor hij wegliep.
Simone legde een map op het bureau, waar de nodige papieren uitstaken. “Dit zijn declaraties van een zzp-er,” legde ze uit. “Helaas levert hij zijn inkomsten en uitgaven altijd zo in. Zou je deze kunnen verwerken? Als je klaar bent, wil Stephan het overzicht hebben om de facturen te kunnen opstellen.”
Sofie sloeg de map open en zuchtte. Ze had zelden zo’n rommelige administratie gezien als dit. Ze startte de computer op en dronk van de koffie, die verbazingwekkend lekker bleek te zijn.
Stephan kwam bij een medewerker zitten om samen wat gegevens door te nemen. Zo nu en dan keek hij even naar Sofie. Hij wist niet wat het was, maar er was iets aan haar dat zijn aandacht trok. Hij had zich kostelijk vermaakt toen ze niet in de gaten had wie hij was. Hij had ervan genoten eens niet als hoge pief benaderd te worden. Wellicht was het haar onschuld die zijn aandacht trok.
Af en toe keek ze op en kruisten hun blikken elkaar. Dan wendde ze snel haar blik af en begon ze te blozen. De interesse was wederzijds, dat was duidelijk. Hij was geen voorstander van relaties of gevoos onder collega’s, maar voor het eerst begon hij de voordelen te zien. Hij wilde haar en zij wilde hem, al zou ze dat ontkennen. Hij voelde een aangename tinteling door zijn pik gaan. Ja, hij wilde haar maar al te graag.
“Stephan?”
Stephan richtte zijn aandacht weer op de papieren die voor hem lagen. “Sorry, het is een lange dag,” verontschuldigde hij zich. “Vraag zijn jaaroverzichten van de afgelopen drie jaar, ik denk dat daar wel wat te vinden is.”
Hij stond op en liep naar Sofie. Hij trok een stoel naar zich toe en ging zitten. Het was een impulsieve actie, maar hij wilde zeker weten of deze interesse wederzijds was. Tot zijn vreugde werden haar wangen vrijwel direct rood. Hij waagde een vlugge blik op haar borsten. Hij betwijfelde of ze het besefte, maar haar decolleté kwam perfect uit in dit bloesje. Hij kon zijn ogen er bijna niet af houden.
“Lukt het een beetje?” vroeg hij en verplaatste zijn blik naar de papieren.
Ze knikte en typte een bedrag in. Dat haar vingers trilden, ontging hem niet. “Ja hoor,” antwoordde ze. “Al is het wel een zooitje zoals dit is ingeleverd.”
Stephan trok de map naar zich toe. “Ik maak meestal eerst stapeltjes. In- en uitgaven apart en dan sorteren op btw. Vandaar dat mijn bureau zo’n bende was.”
Haar wangen werden roder. Geamuseerd kon hij een grijns niet onderdrukken. “Kom na je werkdag even naar mijn kantoor,” zei hij. Hij kwam overeind en keek op haar scherm. “Je pakt het snel op, mijn complimenten.” Vervolgens liep hij weg.
Opgelucht haalde Sofie adem. Deze man was ontzettend aantrekkelijk. Zijn ogen leken recht in haar ziel te kunnen kijken. Ze had wel degelijk gemerkt dat hij naar haar borsten keek. Ze wist niet goed wat ze moest doen of zeggen.
Ze werkte de rest van de dag door. Af en toe vroeg ze iemand om hulp, maar ze pakte alles snel op.
Om half vijf werden de computers afgesloten en ging iedereen naar huis.
Sofie pakte haar spullen en ging naar Stephans kantoor. De deur stond op een kier. Ze klopte en deed de deur een stukje verder open. Stephan zat achter zijn bureau, dat nu vrijwel helemaal leeg was. Hij had een oortje in. Hij keek op toen ze binnenkwam en glimlachte. Hij wees op het oortje en gebaarde dat ze stil moest zijn. Ze wilde zich omdraaien, maar met een handgebaar maakte hij duidelijk dat ze kon blijven.
“Natuurlijk, Berend, dat is allemaal duidelijk,” zei hij. Ongegeneerd liet hij zijn blik over Sofie glijden, van top tot teen. “Ik mis nog steeds een van de stukken die ik gevraagd had. Zonder dat stuk heb ik niet genoeg informatie om de aanslag af te kunnen ronden.”
Sofie voelde zich ongemakkelijk onder zijn blik, maar ze voelde zich tegelijkertijd ook begeerd. Hij glimlachte naar haar. “Prima Berend, dan zie ik het morgen wel. Fijne avond.” Hij haalde het oortje uit zijn oor en legde het op zijn bureau. “Hoe was je eerste werkdag?” informeerde hij en hij gebaarde naar een stoel tegenover het bureau.
Sofie ging zitten en gaf hem een klein glimlachje. “Heel goed, dank je. Ik kan het goed vinden met iedereen en ze zijn heel behulpzaam.”
Stephan knikte. “Dat is fijn om te horen. We proberen elke vrijdag met het team wat te gaan drinken. Uiteraard op kosten van de zaak. Het is goed om elkaar even zonder werksfeer te zien en het is gezellig om zo de week af te sluiten. Ga je vrijdag mee, of moet je dat eerst even met je partner bespreken?”
“Ik heb geen partner,” antwoordde ze. Natuurlijk wist Stephan dit al. Simone had haar dossier laten zien zodra ze Sophie had aangenomen. Hij bemoeide zich niet met sollicitaties, maar wilde wel elk dossier zien voor het aannemen definitief was doorgevoerd.
Haar telefoon ging. Ze wierp er een snelle blik op, maar drukte de oproep weg toen ze zag dat het haar beste vriendin was.
“Wat is dat?” vroeg hij en keek verbijsterd naar haar telefoon.
“Sorry,” stamelde ze. “Ik had het geluid niet uitgezet.”
Hij maakte een afwerend gebaar. “Dat niet, hier kraait geen haan naar je telefoon als je af en toe belt. Die foto.”
Sofie blokkeerde haar toestel en liet de foto zien.
“Jezus, is dit echt?” vroeg hij, starend naar een rimpelige, haarloze kat.
Sofie lachte. “Dit is de kat van mijn moeder. Een sphynx. Ze ging kleiner wonen, maar daar mogen geen huisdieren. Daarom heb ik haar nu.”
Stephan hield zijn blik op de foto. “Wat een lelijk beest,” zei hij. “Het lijkt wel een magere diepvrieskip.”
Ze lachte en zocht een foto waar de kat lekker op de bank lag te slapen. “Het is echt een schatje, maar wel lelijk.”
Stephan pakte haar telefoon aan en staarde naar de foto. “Ik hou van kale poesjes, maar deze plooien zijn niet bepaald mijn ding. Sorry, dat had ik misschien anders…” Hij gaf snel de telefoon terug
Sofie schoot in de lach. “Ze is lelijk, maar heel lief. Ze knuffelt graag.”
Stephan schudde zijn hoofd, maar kreeg het beeld van knuffelende blote poesjes niet uit zijn hoofd. “Genoeg kale poesjes voor nu. Heb je zin en tijd om wat te gaan drinken?”
Ze keek hem aan. “Doe je dit vaker met je personeel?”
Stephan knikte. “Zo af en toe, als mensen me genoeg weten te boeien. Jij bent de eerste.”
Ze glimlachte onzeker. “Ik hou werk en privé liever gescheiden.”
“Het is nu buiten werktijd, dus technisch gezien geen werk. Kom op, één drankje,” spoorde hij aan. “Of een etentje. Even los van het werk.”
Ze zuchtte en keek hem aan. “Goed, een drankje. Morgenavond?”
Stephan kwam ook overeind. “Wat dacht je van nu meteen?”
Sofie trok haar wenkbrauwen op. “Ik moet me nog omkleden.”
Stephan bekeek haar nogmaals. “Nergens voor nodig, je ziet er prima uit. Kom, dan gaan we gelijk. Even afsluiten.” Hij zette zijn computer uit, borg de laatste papieren op en pakte zijn telefoon van het bureau. Het was een oud, eiken bureau. Ze kon zo zien dat het topkwaliteit moest zijn en ongetwijfeld erg duur.
“Mooi bureau,” merkte ze eerlijk op.
Stephan knikte. “Een beetje patserig, maar mijn zakenpartner stond erop.” Hij haalde zijn sleutels uit zijn zak.
Zwijgend stonden ze op de lift te wachten. Er hing een spanning tussen hen in. Beeldde ze het zich in of keek hij vaak naar haar? Ze gluurde opzij, maar hij had zijn blik op de lift gericht.
Na een ping schoven de deuren open en stapten ze naar binnen. In een flits zag Sofie zichzelf tegen de wand gedrukt staan met haar rok opgeschoven, haar slipje op haar enkels en Stephans handen op haar heupen.
“Wat wil je doen?” vroeg Stephan.
Betrapt deed ze snel een stap bij hem vandaan. “Pardon?”
Hij keek haar vrolijk aan. “Wat wil je doen?” herhaalde hij geduldig. “Wil je enkel iets drinken, of wil je iets eten?”
Opgelucht haalde ze adem en ze stapten de lift uit. “We kunnen wel een hapje gaan eten,” antwoordde ze.
Ze liep met Stephan mee naar buiten. Er bleek een restaurant vlak om de hoek te zitten. Het was een eenvoudig restaurant met een gezellige sfeer. Sofie maakte zich totaal niet meer druk om haar kleren. Ze ging een hapje eten met haar nieuwe werkgever! Eigenlijk de baas van haar werkgever. Wat bezielde haar? Dit kon ze niet doen! Wat als hij meer wilde dan een etentje?
Ze gingen zitten en Stephan richtte zich tot Sofie. “Drink je wijn?”
Ze knikte, maar voelde twijfel. “Moeten we dit wel doen? Ik wil werk en privé gescheiden houden.” Dat was al de tweede keer dat ze het zei.
Stephan keek op zijn horloge. “Het is buiten werktijd,” merkte hij nogmaals op. “We gaan gewoon iets eten en ondertussen gezellig praten, daar kan niemand iets van zeggen.”
Sofie ontweek zijn blik. Ze wist zeker dat hij zich ook bewust was van de spanning die tussen hen in hing. Een seksuele spanning.
Natuurlijk was dat ook Stephan niet ontgaant. Als eigenaar van het kantoor zou hij afstand moeten houden, maar er waren geen huisregels die het niet toestonden. Uiteraard waren er clausules over grensoverschrijdend gedrag, intimidatie, misbruik en ga zo maar door, maar zolang beide partijen het wilden, was er niets aan de hand. Vorig jaar waren er zelfs twee werknemers met elkaar getrouwd. Niet dat hij aan trouwen dacht… nee, dat zou hij niet snel doen. Maar ze had iets dat zijn interesse had gewekt. Hij wilde haar beter leren kennen… En misschien wel meer.
Ook zijn gedachten waren in de lift op hol geslagen. Hij had haar graag tegen de spiegel gedrukt en zijn vingers diep in haar kutje laten glijden.
In zijn kantoor had hij het moeilijk gehad. Hij had haar graag op haar bureau gelegd en met zijn tong haar meest intieme plekje verkend, tot ze zijn naam schreeuwde. Wat zou dat mooi klinken.
“Zal ik straks terugkomen?”
Ze werden beiden terug naar het heden gerukt toen een serveerster bij hun tafel stond om hun bestelling op te nemen.
“Wijn, graag,” zei Stephan. Hij keek Sofie aan. “Wit of rood?”
“Wit graag,” antwoordde ze. “Ik neem de zalmfilet, daar past wit beter bij.”
Stephan knikte. “Goede keus.” Hij bekeek de kaart.
“Wat wil jij?” vroeg Sophie.
“Jou,” antwoordde Stephan. “Maar voorlopig neem ik genoegen met de zalmfilet en een droge witte wijn.”
Sofie had een rode blos op haar wangen. Ze kon niet ontkennen dat ze hem ook wilde, maar dit was zeer ongepast! Of dat zou het toch moeten zijn. Bij ieder ander zou ze nu verontwaardigd zijn opgestaan en weglopen. Het idee dat Stephan haar wou, werd in haar hoofd luid toegejuicht. En toch was ze zich bewust van het foute van zijn uitspraak.
De serveerster noteerde hun bestelling, pakte de dichtgeslagen menukaarten en liet hen alleen.
“Dus…” begon Stephan, “vertel eens wat jij wil.”
Ze ontweek zijn blik en voelde haar wangen warm worden. Ze kon geen zinnige woorden vinden.
Dit zou een lange maaltijd worden…
Erg knap geschreven.
Er gebeurt in feite niks, maar ik raakte erg opgewonden van dit verhaal.
Ik heb deze serie in een ruk uitgelezen.
Lekker gedaan Eline
Wow, Eline, wat schrijf jij een heerlijke verhalen! Ik geloof dat vooral mannen op deze site komen, maar ik geniet ook als vrouw van jouw stijl. Ik droom ervan om een keer zo’n zelfverzekerde man ontmoeten die precies weet wat hij met me zou willen doen!
Hoe zou jij zo’n man laten weten dat hij iets met je mag doen?
Mooie opbouw, spanning en dan de draai aan het einde.
Heerlijk geschreven.
Opbouw van verhaal is leuk, geloofwaardig en spanning opbouwend. Benieuwd naar volgende delen……