STIJN EN SASKIA
Het is op het station in Maastricht een behoorlijke drukte. De trein heeft vertraging, en juist op deze zondagavond reizen er veel mensen terug naar Sittard, Roermond en nog verder. Maastricht is heel sfeervol met Kerstmis en trekt dan altijd veel winkelend publiek en dagjesmensen. Kortom, het perron staat helemaal vol en op het moment dat de trein aankomt begint iedereen te dringen voor een goed plekje.
Beste wel gênant, de mensen die erin zitten krijgen amper kans uit te stappen, maar dan komt er een conducteur in het voorste balkon van de trein staan. Hij is denk ik by far de geinigste conducteur die ik ooit zag. Een net iets te kleine kerstmuts op zijn fel-geblondeerde haar, zonnebankbruin, slangachtige tattoos die vanuit zijn overhemd langs zijn nek omhoog kruipen, klein, slank, strak in het NS-pak, duidelijk queer, maar zo leuk en zó aanwezig.
Hij begint luidkeels een toespraakje en niet te geloven, iedereen stopt met dringen en luistert naar hem. Of we er alsjeblieft álsjeblieft even aan willen denken dat het over een paar dagen kerstmis is en of het dan niet te veel gevraagd is om elkaar eens een keer wat ruimte te gunnen? Hij rondt af met: ‘…en lieve mensen hier buiten, als jullie dat niet op kunnen brengen, sorry, maar dan sluit ik als deze lieve mensen hier binnen zijn uitgestapt de deuren en vertrekt deze trein weer net zo als een maagdelijk lege wijnfles die nog gevuld moet worden.’
Hij heeft natuurlijk een punt en het leuke is dat het niet belerend overkomt, hij is zo grappig en na afloop krijgt hij zelfs een applausje. Waarna we ons iets minder maar natuurlijk nog steeds wel een tikje opdringerig naar binnen manoeuvreren, we blijven ten slotte wel mensen die allemaal voor zichzelf het beste willen…
Het leuke meisje
Het is traditie om de zondag voor Kerstmis bij mijn ouders in Eijsden de Kerstmaaltijd te eten. Dit jaar valt die zondag op de tweeëntwintigste, overmorgen is het al Kerstavond. Mijn zus Frederique gaat zoals steeds de laatste vijf jaar direct na dit etentje op skivakantie en mij komt deze traditie ook wel goed uit. Tweede Kerstdag ren ik als het even kan de langste afstand van de kangoeroe-loopwedstrijd van Vught en dan werkt het niet echt mee als ik me daags tevoren vol eet.
Het was lekker en vooral ook gezellig, het is altijd fijn om weer hier in Limburg bij mam en pap te zijn. Net als zij beiden ben ik ook advocaat geworden en langzaam maar zeker krijg ik bij het bureau waar ik werk in Den Bosch al wat zwaardere zaken. Het is fijn om daar met hen over te praten en advies te krijgen. Frederique moet daar altijd enorm opzichtig van gapen, zij is zo’n trendy marketing-adviseur, zij treint voor haar werk het hele land door en vindt ons maar juridische neuzelaars op de vierkante meter. Nou ja, ieder zijn vak.
Het gezinsetentje zit er weer op, Frederique en ik zijn op weg met het boemeltje dat vanuit Visé via Eijsden naar Maastricht gaat. Ze heeft haar koffer al bij zich, ze gaat niet mee terug naar Den Bosch, in Eindhoven overnacht ze bij een van haar vele vriendinnen, waarna ze morgenochtend daar het vliegtuig pakt. We kletsen nog wat na, we hebben allebei genoten maar eenmaal op het station van Maastricht is het wel een domper dat de trein naar Amsterdam vertraging heeft. Maar als die eenmaal arriveert en die grappige conducteur zijn toespraakje houdt krijgen we allebei een grijns op ons gezicht, dan is het openbaar vervoer toch wel weer leuk om mee te reizen.
Maar ja, daarna begint mijn zus, de ervaren treinreizigster, net als iedereen alsnog te duwen en te trekken om toch vooral een goed plekje te veroveren. En, met een knipoogje: ‘kom-op Constantijn, gebruik die ellebogen van jou eens.’ Zij is nog steeds de enige die me vol bij mijn naam noemt, voor de rest van de wereld ben ik thanks-to-God gewoon Stijn! En ze kan me wat, ik kom er wel rustig achteraan, ik weet zeker dat ze de beste plek van de hele trein verovert, want zo is mijn stoere oudere zus nou eenmaal.
Maar wie schetst mijn verbazing dat ze dit keer niet doorstoomt naar de eerste klas, waar ze een abonnement voor heeft. Ze neemt in de tweede klas genoegen met een bank waar tegenover al twee andere mensen zitten. Als ik naast haar neerplof wordt me al snel duidelijk waarom, aan de andere kant van het gangpad zit schuin tegenover ons een über-leuk meisje. Mijn zus is voor de volle honderd procent lesbisch, ze heeft al een paar jaar een vaste relatie maar als ze ergens onderweg een vrouw kan veroveren zal ze het niet nalaten. Daarin is ze dus het tegenovergestelde van mij, als het op vrouwen aankomt ben ik de meest verlegen gast ever. Inmiddels ben ik vijfentwintig en natuurlijk had ik wel seks met meisjes, vooral toen ik nog studeerde, maar nooit kwam het tot iets vasts. Ik vind mezelf een gelukkig mens maar als ik íets aan mezelf mocht veranderen dan zou het mijn verlegenheid tegenover vrouwen zijn.
Frederique begint meteen opzichtig te flirten met het meisje, dat ook zo maar míjn type zou kunnen zijn. Ze heeft een leuk snoetje, donkere ogen, bruine krullen die van onder een rood mutsje omlaag dwarrelen, een wijde groen-zwarte camouflagebroek, zwart jackje, echt leuk. Maar zou ze lesbisch zijn? Frederique heeft daar meestal een goede neus voor, maar dit keer betwijfel ik of ze het bij het rechte eind heeft, want het meisje geeft geen enkele sjoege.
Sterker, af en toe kijkt ze zelfs met een dun lachje naar mij, alsof ze om hulp vraagt tegen dat flirtgeweld van mijn zus. Om dan meteen weer naar buiten te gaan zitten staren, naar het donker waar niks te zien valt. Ten minste, dat lijkt zo, want op een bepaald moment merk ik dat ze via het raam naar mij kijkt, steeds als we even oogcontact hebben kijkt ze snel weg.
De koppeling
In Sittard komt de bank tegenover het meisje vrij en meteen schuift mijn zus die kant op, waardoor ik geen andere keuze heb dan haar te volgen. Al gauw is het gewoon gênant zoals ze bijna bij het meisje op schoot kruipt, ze krijgt het steeds benauwder. Halverwege Sittard en Roermond wordt ze gered door die geinige conducteur. Als de schuifdeur vanuit de andere wagon opengaat verwelkomt hij ons met: ‘goedenavond dames en heren, jongens en meisjes, wat héerlijk dat u weer allen met ons reist. Helaas kunnen wij u deze service nog steeds niet gratis aanbieden, men fluistert dat daar van hogerhand wél aan wordt gewerkt. Maar zo ver is het helaas nog niet, dus wilt u dus zo vriendelijk zijn uw vervoerbewijzen gereed te houden?’ En dan trekt hij grappend en grollend door de wagon.
Terwijl hij onze kant op komt zie ik hem af en toe keurend naar ons hoekje kijken, waar mijn zus nog steeds in de weer is om dat meisje te veroveren. Eenmaal bij ons aangekomen controleert hij eerst mijn kaartje, dat we gekoppeld aan Frederiques abonnement met korting kochten. Terwijl hij haar abonnement checkt en dus ziet dat we bij elkaar horen flapt hij eruit dat het wel gezellig is, zo met zijn drietjes uit. ‘Kreeg jij ook een kortingskaartje van deze leuke dame?’ vraagt hij dan met een vette knipoog aan het meisje, dat echter ook een abonnement blijkt te hebben. Tegelijk reageert mijn zus dat ze alleen met haar broer reist, met mij dus. De conducteur, meteen heel spits: ‘oh, sorry, het zag er zóo close uit…’ Frederique voelt zich betrapt en het effect is dat ze vanaf dat moment zich gedeisd houdt. Wat mij de kans geeft rustig naar buiten te kijken en het meisje via het raam te bestuderen, waarbij ik regelmatig haar ogen ‘vang’.
In Eindhoven neemt Frederique luidruchtig afscheid, waarna ik alleen doorreis naar Den Bosch, nog steeds met dat leuke meisje tegenover me. En of de duvel ermee speelt, niet veel later is daar weer die leuke conducteur. Ik had verwacht dat hij wel zou doorlopen omdat we al gecontroleerd zijn, maar uitgerekend bij mij blijft hij staan: ‘dag jongeman, is grote zus vertrokken?’ Als ik knik: ‘dan zal je helaas bij moeten betalen, je meereis-kaartje is ongeldig geworden nu de dame met haar abonnement ons allen voortijdig verliet.’ Hij zegt het met een brede grijns, zeker als hij ziet dat ik er een rooie kop van krijg. Hij vervolgt: ‘wil je dus maar bijbetalen? Of wacht eens, misschien wil die mooie dame tegenover jou wel toestaan dat ik je aan haar koppel, alleen maar administratief gezien natuurlijk!’ Haar aankijkend: ‘jij hebt een abonnement, heb je daar bezwaar tegen?’
Het meisje is totaal verbouwereerd, net als ik trouwens, maar knikt dan ja, en ik ook. Even later zijn we dus ‘alleen maar administratief gezien natuurlijk gekoppeld’. Als hij weg is kijken we elkaar een beetje onthutst aan, wat was dit nou ineens. Dan begint het meisje te giechelen, ik lach kort mee, verlegen als altijd. Om het ijs te breken stel ik me voor waarna het meisje dat ook doet, ze heet Saskia. Maar er breekt helemaal geen ijs, daarna wordt het ijselijk stil, waar ik me totaal geen raad mee weet en om me een houding te geven loop ik maar even naar de wc.
In het halletje blijkt de conducteur op een van de klapstoeltjes te zitten, ginnegappend met een andere man, die hij blijkbaar goed kent. Als hij mij ziet zegt hij: ‘en, hoe gaat het met de koppeling? Moet je geen aandacht besteden aan die jongedame?’ Ik denk dat mijn mond nog net niet openvalt, is deze kerel gestoord of zo? De conducteur grinnikt om mijn reactie: ‘och jongeman, als je een wist hoeveel romances ik hier zie opbloeien die in de kiem gesmoord worden. Als Kerstgedachte wil ik eens éen keer een stel een duwtje in de goede richting geven, maar dan moet je het nou niet verprutsen hoor’, waarna hij zich met een knipoog weer naar die man toedraait.
Wat is dit, is die kerel wel echt? Of is hij misschien stiekem de echte Kerstman of zo? Voor de vorm ga ik even het toilet op en realiseer me daar dat hij natuurlijk wel gelijk heeft, als ik dat meisje leuk vind moet ik nou toch echt eens mijn verlegenheid overwinnen.
Een afspraakje
Als ik terug ben bij het meisje trek ik maar direct de stoute schoenen aan: ‘nog bedankt dat je me liet koppelen. Moet je ook naar Den Bosch?’ Als ze knikt: ‘wil je daar wat met me drinken?’ Met een lief lachje stemt ze meteen in, niet te geloven, zo simpel is het dus. En dan komt er zowaar een gesprekje op gang. Ze woont in een flatje in het centrum en studeert nog, aan kunstacademie Sint Joost. Whow, niet te geloven, nog geen tweehonderd meter van waar ik woon.
We blijken allebei van origine Limburgers te zijn, want net als Frederique en ik was ze er voor een familiebijeenkomst. Dan vertel ik wat van mezelf, dat ik in het Paleiskwartier achter het station woon en dat ik advocaat in opleiding ben. Of dat leuk werk is, vraagt ze dan. Ik leg haar uit dat het heel droog en saai werk lijkt, maar dat is het maar sóms. Het leuke is dat het eigenlijk altijd om dingen gaat die voor mensen heel belangrijk zijn en daar wil ik ze zo goed mogelijk bij helpen. Saskia snapt het wel en vertelt dat ze in de opleiding momenteel beeldhouwen hebben, en dat ze een serpentijnsteen na het uithakken eindeloos aan het polijsten is: ‘geloof me, dat is soms ook heel saai werk, maar je doet het voor het eindresultaat, hè?’ Precies, ze snapt me.
Inmiddels volop pratend arriveren we in Den Bosch en als we samen richting de uitgang lopen krijg ik nog een thumbs-up van de conducteur, waarna ik hem dankbaar lachend aankijk. We strijken neer in een van de tentjes aan het stationsplein en als ik Saskia vraag wat ze wil drinken gaat ze voor een winterbock van de tap, waar ik er ook een van neem. Nadat we hebben geproost komt het gesprek op mijn zus, wat die nou aan het uitspoken was. ‘…Ehm, ik vrees dat ze jou probeerde te versieren.’ Weer is daar dat lieve lachje: ‘ohw, dus toch, ik dacht al zoiets. Maar ik val niet op vrouwen, dat ze dat niet zag…’ Daar ligt mijn kans: ‘haha, ja, af en toe is haar radar niet helemaal op orde of wil ze er gewoon niet naar luisteren. Maar ehm…, je valt dus wel op mannen?’ ‘…Ehm, ja, meert soorten zijn er niet hè?’ En weer klinkt dat twinkelende lachje, ik vind haar echt leuk…
Op een bepaald moment komt het gesprek op sporten, dat ik graag en vaak hardloop en dan blijkt dat ze dat ook regelmatig doet. Ik vertel Saskia dat ik morgen ga trainen voor de Kangoeroeloop op tweede Kerstdag en dan biedt ze me de kans van mijn leven: ‘ohw, die zou ik ook wel eens willen lopen. Dit jaar liep ik met een groepje mensen voor een goed doel mee aan de ten miles van Tilburg. Ik vind alleen lopen niet zo fijn, samen is stimulerender om het vol te houden.’ ‘Ehm, die afstand hebben ze niet in Vught maar wel iets korter, de vijftien kilometer. Vind je het leuk die samen te lopen?’
Haar bruine ogen glinsteren van plezier als ze ja knikt, en we gaan uit elkaar met de afspraak dat ik morgen om twee uur bij haar langskom, waarna we samen gaan trainen in het Bossche Broek. Ik voel me de koning te rijk als ik over de spoorpasserelle naar mijn flatje achter het station loop…
Samen cadans vinden
Het is alsof Saskia alle zenuwen in mijn lichaam op scherp heeft gezet. Ik besluit die avond in bad te gaan en als ik daar eenmaal in zit begin ik me bijna vanzelf af te trekken. Dat is zeker een maand geleden, ik kan me herinneren dat ik in mijn tienertijd bijna iedere dag wel met mijn pik in de weer was maar de laatste paar jaar is het diepe rust op dat front. Nou ja, tot vandaag dan want dit keer steekt hij vanzelf zijn kopje op, bijna als een hondje dat kwispelend om aandacht vraagt.
Ik kan wel genieten van de aanblik van mijn lijf, door het sporten ziet het er goed uit, en vooral zoals ik nu in bad zit en mijn buikspieren aantrek heb ik nog best een goed sixpackje. Ik weet dat het zittende leven slecht is en probeer daarom toch zo vaak mogelijk in beweging te zijn. Ook met mijn pik ben ik heel tevreden, hij is van normale lengte maar wel extra dik en de studentenmeisjes die ik had kwamen daardoor best wel makkelijk klaar, volgens een van hen dankzij de extra wrijving langs haar lekkere plekjes daarbinnen.
Terwijl ik me dit zo bedenk trek ik relaxed aan mijn nu keiharde paal en het duurt niet lang of ik schiet zaad. Er zit veel druk op, het eerste schot komt tot hoog op mijn borst, waarna de rest er wat rustiger uitkomt. Vroeger wilde ik het als ik apegeil was nog wel eens proeven maar die tijd is wel voorbij. Ik spoel mezelf af, scheer her en der nog wat overtollig haar weg, wrijf me daarna in met lotion en duik dan lekker rozig m’n bed in, het zal nu wel lukken met de slaap.
De volgende morgen sla ik net als gisteren de scheerbeurt over. Ik zie dat mijn baard al aardig doorkomt, voor m’n werk moet ik me altijd gladscheren maar nu met de Kerst kan ik het eens een keer lekker stoer laten staan. Ik heb bijna zwart haar en donkere ogen en al met al vind ik het prima wat ik in de spiegel zie. Ik kleed me in mijn warme trainingsoutfit van een dikke legging, korte broek er overheen, ademend iso-shirt, training-jasje, mutsje en handschoenen. Op mijn arm draag ik mijn i-phone voor de meting en vaak ook voor wat muziek onderweg, maar die heb ik vandaag niet nodig, hoop ik.
Om klokslag twee uur sta ik bij Saskia voor de deur en ze stond blijkbaar al klaar want ze is direct buiten. Ze heeft zich ook lekker warm aangekleed maar terwijl ik helemaal in het zwart ben is zij juist heel kleurig gekleed, rood, groen, alle signaalkleuren zitten in haar kleding. En ook zij heeft een mutsje op haar hoofd, feloranje, het staat haar zo leuk met die bruine krullen er onderuit, onwillekeurig is er een beweging in mijn broek. Hmm, maar gauw gaan lopen.
Om ons eerst op te warmen wandelen we door de stad in een stevig tempo richting het Bossche Broek. Pas daar gaan we hardlopen, eerst nog even rustig aan en later versnellend. Ik ben niet echt een tempoloper maar ik kan het wel heel lang volhouden. Ik liep al wel eens wat marathons en daarom stelt de afstand van die vijftien kilometer die we in Vught gaan lopen voor mij eigenlijk niet veel voor, maar dat wordt gecompenseerd doordat ik ga lopen met dit leuke meisje naast me.
Ze heeft niet zo’n lange benen als ik en moet daarom toch wel wat meer stappen zetten. Al gauw hoor ik haar een beetje puffen. ‘Gaat het?’ vraag ik dan. Ze knikt en zegt: ’pff pff…veel lui zweet op het moment… pff pff, dit is wel goed voor me.…’
Ik pas mijn tempo nog wat aan en na een minuut of vijf hebben we onze gezamenlijke cadans wel te pakken. We lopen eerst richting St. Michielsgestel en buigen vanaf daar richting Vught. Daarna lopen we onderlangs de Westwal terug tot het punt waar we weer de stad in gaan. Onderweg spreken we geen woord, het is nu vooral bezig zijn met ons lichaam. Zoals altijd kom ik na een tijdje in een fijne roes van het lopen en ervaar ik tegelijk meer rust in mijn hoofd.
Ik zie het ook aan Saskia, ze loopt bijna met een glimlach. Ik ben best wel een einzelgänger en had niet verwacht dat het zo leuk zou zijn om samen te lopen, ik geniet er echt van.
Een eigen cocon
Als we terug de stad in lopen vertragen we weer tot een stevige wandelpas. Op de Parade is het al volop Kerssfeer, dankzij de boom van Joris Linssen waar heel veel mensen een aandenken aan iemand in hangen. Hij pikt er daar een aantal van uit en verwerkt die verhalen in zijn kerstprogramma. ‘Zullen we chocomel drinken op het terras van de Cinq?’ stel ik voor. ‘Ze hebben daar warmtelampen en dekentjes, dat we niet te snel afkoelen.’ Saskia stemt enthousiast in en even later zitten we gezamenlijk en lekker close tegen elkaar aan onder een paar dekentjes, eentje over onze benen en eentje over onze bovenlichamen. Al snel hebben we allebei ook een dampende kop chocomel en een flink stuk apfelstrudel met vanillesaus voor onze neus staan, het leven is heerlijk!
Genietend werken we in stilte het lekkers naar binnen terwijl we de mensen rond de grote Kerstboom op het plein bekijken, sommen hangen er nog iets in, de meesten bekijken en lezen de berichtjes in de doorzichtige kerstballen. Ook bij de Sint Jan is het druk, er staat daar een lange rij mensen voor de deur die allemaal de traditionele Kerststal willen bezoeken. Vanavond is het Kerstavond en iedereen is al duidelijk in de mood om er iets moois van te maken. Samen met Saskia geniet ik van het sfeertje, fijn om naast iemand te kunnen zitten zonder dat je meteen moet praten om het praten. Ik heb al vanaf het begin het gevoel dat we elkaar daarin best wel goed aanvoelen.
Na de chocomel willen we toch ook nog graag een glühweintje, …en daarna nog een. Door het lopen en de wijn en de buitenlucht worden we steeds roziger, het voelt alsof we meer en meer in ons eigen coconnetje komen. We praten een tijdje na over het hardlopen, we hebben het allebei fijn gevonden en de run in Vught gaan we dus zeker samendoen. Ondertussen ervaren we allebei dat er onder die dekentjes tussen ons wat aan het groeien is, af en toe kijken we elkaar aan en dan komt er iedere keer weer een brede lach op onze gezichten. Op een gegeven moment maken we zo ook een selfie, dat ik naar mijn zus stuur, om haar een beetje gek te maken dat dat mooie meisje nu bij mij is.
Ik heb het gevoel dat ik Saskia al veel langer ken terwijl ik haar toch pas gisteren ontmoette, ik moet er nu al niet meer aan denken dat ze weer uit mijn leven verdwijnt. Saskia voelt het blijkbaar ook zo want op een bepaald moment, als het tijd is op te breken om niet serieus aangeschoten te raken, vraagt ze of ik misschien haar kamer wil zien? Ja, dat wil ik wel…
Het is een oud huis in het centrum, vol met kamerbewoners en Saskia blijkt helemaal boven op zolder te wonen. Haar ruimte is groot en het is er een sfeervol rommeltje, her en der staan projecten waar ze aan werkt. Tussen dat alles in vormen een oude bank en twee gemakkelijke stoelen een zithoek. Verder is er een heel groot bed, en zonder dat we dit hoeven te bespreken weten we allebei dat dat ons doel is. We kleden ons in stilte uit en hoewel het zweet van het hardlopen inmiddels is opgedroogd zouden we ons eigenlijk eerst moeten douchen, maar die tijd nemen we niet, we hebben nu haast. Saskia kruipt alvast onder het dek, terwijl ik nog gauw even naar de wc ga. Ik heb het koud gekregen en als ik terugkom slaat Saskia het dek open en ligt ze daar, helemaal bloot. Ze ziet er onwijs sexy uit en ik ga naast haar liggen, waarna ze het dek weer terugslaat en we zo samen terug zijn in ons coconnetje.
…
We draaien ons naar elkaar toe en liggen zo lijf aan lijf, verstrengeld, onze gezichten naar elkaar toe gewend, haar tietjes geplet tegen mijn borstkas, onze buiken ademend tegen elkaar, mijn pik ongeduldig aandringend tussen haar nog gesloten benen. Het is alsof alles vonkt en stroomt door het intieme contact van onze lijven. Na een tijdje vraag ik, haar aankijkend: ‘hoe is het met je?’ Ze kijkt me met haar donkere ogen stralend aan en zegt: ‘goed… héel goed. En met jou?’ Als antwoord kus ik haar en dat wordt onze eerste echt serieuze tongzoen. Want terwijl ik haar eerst alleen maar zedig op haar lippen zoen voel ik hoe haar tong zich tussen de mijne wriemelt en open dan mijn mond. Gretig komt ze bij me naar binnen, waar ze als eerste het contact met mijn tong zoekt. Onderzoekend en verkennend draaien we om elkaar heen, en zodra we samen in mijn mond alles hebben gedaan wat er te doen is steken we over en is háár mond aan de beurt.
Ondertussen voel ik hoe Saskia onrustig met haar benen beweegt. Zachtjes duw ik haar dan op haar rug en daal ik kusjes gevend af over haar lichaam. Eerst verwen ik een tijdje haar kleine stevige borsten, net zo lang tot de donkere tepels er af lijken te willen springen en Saskia zich kronkelend tegen me op duwt. Dan daal ik verder over haar buik af tot tussen haar benen. Saskia spreidt ze meteen zo ver als ze kan, waardoor haar roze kutlipjes en een klein donker driehoekje haartjes in beeld komen. Ik ga tussen haar benen liggen en lik haar lang tot ze helemaal zacht en glad en open is en zich tegen me op kronkelt. Waarna ze me aan mijn haren zo’n beetje omhoogtrekt, tijd voor meer.
Ik beweeg me over haar prachtige lichaam lijf terug naar haar gezicht, waar ik onderweg eerst opnieuw haar tietjes verwen. Ze zijn heerlijk stevig en het is een genot ze te strelen en wat te kneden. Als ik haar tepels om beurten in mijn mond neem en erop sabbel wordt Saskia helemaal gek en trekt ze me verder omhoog. Als mijn paal voor haar poesje is aangekomen, schuif ik zonder me te haasten mijn eikel in haar en ga er dan een paar keer mee op en neer, een klein stukje naar binnen en dan weer naar buiten. Ik merk aan haar zuchten en kreuntjes dat Saskia geniet en als ze na een paar minuten een keer haar bekken extra uitnodigend tegen me in kantelt glijd ik langzaam dieper bij haar naar binnen.
Strák is ze. En warm, zacht, omhullend, me een ‘welkom thuis’ gevend. Vanaf het moment dat ik helemaal in haar ben pakt ze me in met alles wat ze heeft, ik voel hoe ze haar buikspieren aanspant waardoor ze haar kutje naar me toe kantelt en ik nog dieper in haar kan. Uiteindelijk, als ik tot aan de wortel van mijn pik en nog íetsje verder in haar zit kijk ik haar lang aan, haar ondertussen met kleine beweginkjes neukend.
En zo, terwijl mijn paal diep in haar steekt, geef ik haar een lange zoen en fluister ‘echt liefje, jij bent mijn Kerstwonder, ik laat je nooit meer gaan.’ Ze is het geloof ik wel met me eens, want ze antwoordt door haar benen om mijn heupen te vouwen en nodigt me zo uit haar te neuken. En dát doe ik, langzaam maar wel steady neuk ik haar. En ik neuk haar láng en door en door, ik wil dit eindeloos volhouden. Steeds weer drijf ik me helemaal in haar, ik zou wel in haar willen kruipen, ik hoop dat dit de eerste van ontelbare keren is. Met dank aan die bizarre conducteur, die volgens mij helemaal geen conducteur maar eigenlijk de Kerstman twee-punt-nul was…
X. Zara
Mooi verhaal! Een leuke kerst gewenst, lieve Zara, met veel erotiek en spannende seks.