Een restaurant en jij zit alleen aan een tafel. Je hebt afgesproken met een man, een dominant. Geen meester volgens hem omdat een meester iemand is die jou op z’n minst moet leiden of begeleiden en dat kan je niet zeggen van iemand die je voor de eerste keer ontmoet. Gewoon een afspraak om de man te leren kennen. Heel uitdrukkelijk zei hij er nog bij dat hij niet van plan was om je direct aansluitend op deze afspraak mee te gaan nemen naar een hotel, naar hem thuis of welke plaats dan ook. Nee, de ontmoeting zou helemaal gericht zijn op kennis maken, volgens hem. Jouw reactie was daarop “dus niet spelen “, waarop de man zei: “kwestie van definitie misschien: wat is spelen? Ik zal je hooguit op gepaste wijze aanraken om je te begroeten “. Je vond zijn woorden voldoende uitleg om er zeker van te zijn dat de man echt niets met je zou doen, dus je stemde in met de ontmoeting en nu zit je, gespannen, te wachten. Je kijkt een aantal keer op je horloge en de tijd gaat maar langzaam voorbij. Natuurlijk ben je veel te vroeg; je wilde gewoon niet te laat zijn. Om je te kunnen herkennen heeft de man met je afgesproken dat je zo ver mogelijk van de ingang zou gaan zitten en dat je een rok en een witte blouse zou dragen. Toen je vroeg of de kleur van de rok ook nog belangrijk was antwoordde de man: “nee, die zal ik immers toch niet zien als ik binnen kom. Maar ik heb graag dat een vrouw zich ook echt vrouwelijk kleedt, dus vandaar dat je die aan moet doen “. Het “moet ” in die zin viel je wel op, maar om een of andere reden vond je het er ook wel bij horen. Er zijn inmiddels wel wat mensen binnen gekomen maar geen van allen leek op de man op de foto die jij hebt gekregen. Je schrikt dan ook wanneer ineens de man naast je staat en zegt: “blijf je zitten of sta je nog op? ” Je bent even van slag en hebt geen idee waar hij vandaan is gekomen, daarna sta je snel op en geef je de man een hand en stel je je voor, waarop de man zich voorstelt met zijn echte naam: John. “Hoe ben je hier zo snel gekomen? ” vraag je en John antwoordt: “hoe bedoel je snel? “. “Ik heb je niet binnen zien komen ” antwoord je waarop John zegt: “Dus? “. Je kijkt John even vragend aan en zegt dan: “Dus? Ik weet zeker dat ik steeds naar de deur heb gekeken. ” John begint te lachen en zegt dan: “Zijn er misschien nog andere deuren? “. Je kijkt even snel rond en ziet er geen een en antwoordt “Nee, die zijn er volgens mij niet “. Inmiddels ben je het nu helemaal kwijt en kijkt John alleen nog maar meer vragend aan, die op zijn beurt een steeds grotere glimlach op zijn gezicht krijgt en dan weer zegt: “Dus? “. Je begint doordat je het niet begrijpt een beetje boos te worden en zegt: “dus? ik zal het echt niet weten “. Waarop John antwoordt: “Kom onze koffie wordt koud ” en gelijk loopt hij naar richting een andere tafel die wat verderop recht naast die van jou zit. “Dat zeg je dan niet! ” zeg je mopperend terwijl je achter John aanloopt, die zich ineens omdraait en je recht aankijkt en dan zegt: “Exact om 15.00 uur hadden we afgesproken “, waarna hij zich gelijk weer terug draait en bij de tafel met twee koppen koffie erop gaat zitten. Even denk je erover om zo het restaurant uit te lopen, want de wijze waarop hij je aanspreekt bevalt je totaal niet. Hoewel.. diep in je heb je een moeilijk te beschrijven gevoel. John had precies die woorden gebruikt toen hij de afspraak met je maakte: “Exact om 15.00 zal je me zien verschijnen “. Je staat niet al te ver van de tafel af en ziet John met een strakke blik naar je kijken en dan zegt hij: “Ga, zitten en drink eerst je koffie. Je had kunnen weten dat ik heel direct zou zijn “. Die opmerking maakt je enerzijds nog bozer op hem, maar anderzijds geeft het je totaal geen keuze meer: ja je wist het, want zo had hij zich altijd gedragen, maar de klank in zijn stem en zijn ogen dwingen je nu om toch te gaan zitten. Wanneer je eenmaal bent gaan zitten vraagt John: “werd je boos? ” Je reageert niet direct maar kijkt hem alleen even recht aan, waarop John zegt: “Geen probleem hoor, ik ben al vaker klootzak genoemd “, waarna hij begint te lachen. Je neemt een slok van je koffie en zegt dan: “Ja, eigenlijk wel “. “Waarom dan? ” vraagt John en vervolgens: “Omdat je me niet gelijk zag en dus vijftien minuten alleen moest zitten? Of omdat ik exact op het afgesproken tijdstip er was? “. Je boosheid wordt al minder, want je voelt dat John best een beetje gelijk heeft. Zeker wanneer hij er ook nog aan toevoegt: “Tegen pesterijtjes had je toch geen bezwaar? “, waarmee hij je aan te eigen woorden herinnert.
John neemt een slok koffie en zegt dan: “En het was best leuk om te zien hoe je er zat; even je blouse controleren, bovenste knoopje open of dicht? “En je herinnert je hoe je daar half ongemerkt mee bezig was. Bovenste dicht vond je net te braaf maar knoopje open en je blouse leek gelijk wel tot onder je borsten open te hangen. “Jammer dat je hem dicht deed, open stond leuker ” zegt John er nog achteraan. “Dat zal best ” denk je, maar bijna automatisch laat je je handen ook omhoog gaan om het knoopje weer los te maken. Maar zodra je merkt dat je dat doet stop je met de beweging. John glimlacht en zegt: “Zal ik even mijn mond houden en je je rustig je koffie laten opdrinken, zodat je je zelf weer onder controle kunt krijgen? “. Je slaat onbewust even je ogen neer maar antwoordt dan: “Nee, dat is niet nodig “. Je stem heeft meer overtuiging dan dat je van binnen voelt, maar toegeven wil je niet. “Ok ” zegt John droog en hij neemt weer een slok koffie en zegt dan: “Je wilde het knoopje losmaken, wat houdt je tegen? “. Even weet je niets op zijn vraag te antwoorden en neem je een slok koffie, waarna je zegt: “Ik vond het ongepast “. John herhaalt langzaam je woorden en voegt er dan aan toe: “Dat viel me niet op toen je nog aan die andere tafel zat, want je kwam met het knoopje open het restaurant binnen en bleef zeker nog zo’n tien minuten vervolgens zo zitten. Of je kwam al ongepast binnen, of dat ongepast vinden valt wel mee “. Een pijnlijke opmerking van John en je slaat weer je ogen neer. Heel even is het stil en dan zegt John: “Maak hem los, zo wilde je vanaf het begin voor me zitten “. Zonder wat te zeggen laat je je handen naar het knoopje gaan en je maakt het los. Daarna neem je snel weer een slok koffie en zeg je vervolgens: “Zo beter? ” Waarop John antwoordt: “Ja, dat staat en past beter bij je en ik was hier om jou te leren kennen en niet wie jij je voordoet te zijn “. Je glimlacht bij zijn opmerking en zegt: “En dat zie je aan een knoopje? “. John lacht terug en zegt: “Onder andere, maar ik zie het ook aan je tepels “. Gelijk schieten je ogen naar beneden om te zien wat hij kan zien en je voelt je bloed naar je hoofd stijgen wanneer je ze duidelijk kunt zien aftekenen door je blouse heen. En om alles nog wat erger te maken: “Die zeggen dat je je op een of andere wijze best aangenaam voelde, want echt koud is het niet. En je rode hoofd vertelt me… of heb je genoeg voorbeelden? ” “Ja heb ik ” antwoord je, maar je kijkt John niet aan. Dan zegt John: “Ja, je hebt harde tepels. Blijkbaar voel je je lekker aangenaam. Dat is toch mooi? Wees jezelf, geniet ervan. Kijk me aan en schaam je er niet voor dat je je lekker voelt “. Je doet je hoofd omhoog. Eigenlijk wil je het niet, maar aan de andere kant ook weer wel. Je voelt je verward, maar aan de andere kant ook opgewonden. Je kijkt even naar buiten en zegt dan: “mooie omgeving hier “. John begint te lachen en zegt: “Probeer je me op een ander onderwerp te krijgen? ” Je neemt een slok koffie en dan zegt John: “Ja, die is mooi. Net als je ogen als je je geil voelt “. Het zegt het net op het moment dat jij de koffie door wilt slikken waardoor jij je gelijk bijna verslikt en de koffie terug in het kopje moet spugen. “Verslik je niet ” zegt John lachend en gelijk wenkt hij de ober om nieuw drinken te bestellen. Het geeft je even tijd om op adem te komen, maar wanneer de ober de bestelling heeft opgenomen en weggelopen is zegt John: “Of is hoe je je voelt een vervelend onderwerp? “. “Nee, hoor ” antwoord je en eigenlijk is dat ook nog best gemeend. Want hoe hij het het voor elkaar heeft gekregen weet je eigenlijk niet eens, maar hoe boos je ook in het begin van de ontmoeting was, zo opgewonden voel je je nu. En dat voelt eigenlijk best lekker aan. Je denkt terug aan wat John net daarvoor tegen je zei, over dat jezelf moest zijn en zegt dan: “Ik ben er niet gewend aan om er zo open over te spreken “.
John kijkt je aan en zegt dan: “Heb ik de laatste tijd in gesprekken met je niet echt gemerkt, sorry “. Je kijkt John ook even in zijn ogen, die wel heel scherp op je gericht zijn en zegt dan: “Ja, maar dat was niet face-to-face “. “Ah en dan ben je anders? ” reageert John er gelijk overheen. Maar dat was zeker niet het geval en je zegt dan ook heel beslist: “Nee, dan ben ik niet anders “. “Weet je dat heel zeker? ” vraagt John waar jij heel resoluut “ja ” op zegt. John laat zijn hand heel langzaam wrijvend over de onderkant van zijn kin langs gaan en zegt met een heel bedachtzame stem: “Je hebt er vast geen bezwaar tegen als ik dat eens even uittest of wel soms? “. Je kijkt John weer even aan en je voelt je haast gedwongen om ja te antwoorden, wat je dan ook doet. Dan komt de ober met de drankjes. Even kan je weer rustig adem halen, maar terwijl de ober de drankjes neer zet zie je John denken. Je krijgt direct een nog onrustiger gevoel en wanneer de ober weg is, merk je ook dat dat terecht was, want gelijk zegt John: “Goed dan, dan loop je nu naar het toilet en doe je je ondergoed uit en daarna kom je terug “. Je slikt een keer en staat dan op. Je loopt richting de wc en voelt je opgelaten, gespannen en vreselijk opgewonden. Op de wc trek je eerst je bh uit en daarna je string. Gelijk voel je opgewonden je wel niet bent, het kruis van je string is nat. Je stopt je BH en je string in je tas en kijkt even in de spiegel. Je vraagt je af waar je mee bezig bent en even heb je de neiging om de string en je BH weer aan te trekken. “We gaan niet spelen, ja ja ” mopper je in je hoofd. Maar aan de andere kant weet je ook dat je het heerlijk vindt en vooral niet wil stoppen. Toch wil je, al was het maar voor heel even, het gesprek kunnen sturen. Gewoon even voor het gevoel dat jij niet de enige bent die wordt uitgehoord. Je denkt even en dan heb je het. Je loopt terug en voordat John ook maar iets kan zeggen, vraag je: “wat doe je eigenlijk in het dagelijkse leven? ” John kijkt je even aan en antwoordt dan: “Dan ben ik meester “. “Een meester die geen meester genoemd wil worden ” is jou reactie, waarop John corrigerend antwoordt: “Een meester die alleen uit overtuiging meester genoemd wil worden en niet omdat dat erbij zou horen “. “Wat voor een school ben je meester? ” vraag je, waarop John antwoordt: “Een internaat “. Je kijkt John even vragend aan en zegt: “Zo’n plek waar jongens en meiden inwonen en les krijgen? “. “Bijna, alleen meiden ” is het antwoord van John. Je kijkt nog iets verbaasder, je dacht dat zo iets allang niet meer bestond en zegt: “Bestaat dat nog dan? ” en John antwoordt: “Ja, hoor “. “Nooit van gehoord en ook niet verwacht ” is je reactie en vervolgens vraag je: “Wat voor een les geef je? “. “Geen en tegelijk allemaal. Ik geef leiding en val soms in ” is het antwoord van John. Maar met dat antwoord neem je geen genoegen en je zegt: “Je hebt vast wel een voorkeur voor een bepaalde les om te geven “. Waarop John begint te lachen en zegt: “Ja, de naailessen “. Je kijkt John aan om zijn flauwe grap, maar toch kan je het niet laten om even door te vragen: “Doe je dat dan met die meiden? “. En John zegt zonder blikken of blozen: “Ja zeker wel, waarom niet? “. Je begint bedenkelijk te kijken en zegt met een serieuze stem: “Doe jij het met meiden die naar school gaan? “. John lacht nog steeds en zegt: “Als ik het wil dan naai ik ze allemaal een voor een “. Vol afkeur kijk je John aan en je zegt: “Dat had ik niet van je verwacht! ” en wanneer John blijft lachen wil je je afkeur ook echt laten merken en je maakt aanstalte om op te staan. Dan ineens zegt John met een serieuze stem: “Stop! Je beeld is verkeerd, je bent nog een vraag vergeten “. Je gaat niet zitten maar antwoordt direct: “Als jij dat met die jonge meiden doet, dan hoef ik niets met je te maken te hebben! “. “Hoezo jong? Geen van alles is onder de achtien jaar, maar gemiddeld zijn ze boven de dertig “. Verbaast draai je je om en kijk je John aan en je zegt: “Hoe kan dat nou weer? “. “Ga zitten muts ” zegt John en vervolgens: “Je weet niet eens wat voor een internaat het is, en wat ze eigenlijk leren “. Met tegenzin ga je weer zitten om John toch nog even aan te horen, want je merkt dat het gesprek inmiddels ook de aandacht van anderen is gaan trekken en dat gaat je nu net te ver. “Goed’ zegt John, “Het is een internaat voor meiden boven de 18, die wat meer van BDSM willen weten “.
Je kijkt John vol ongeloof aan en zegt: “Ja, ja ” “Je hoeft me niet te geloven ” is de reactie van John, gevolgd door: “Zoek het maar op internet, googlen op ‘BDSM internaat’ is voldoende ” (Probeer het zelf ook eens). Je kijkt John nog steeds vol ongeloof aan en vraagt: “Wat leren ze dan? “, waarop John antwoordt: “Eigenlijk alles op het gebied van BDSM, maar vooral eerlijk zichzelf zijn “. “Eerlijk zichzelf zijn? ” vraag je en John reageert met: “Ja, jezelf zijn, eerlijk zijn in je gedachten en je gevoelens. Ten eerste tegen jezelf, ten tweede tegen anderen. ” Je begint aandachtiger richting John te kijken en laat zijn woorden even door je hoofd gaan. John voegt er nog aan toe: “Je bent wat betreft het tonen van emoties al een eind op weg; je toont dat je boos bent, je toont dat je interesse in iets hebt. Maar andere gevoelens stop je liever nog weg. “. Je kijkt John even vragend aan hoewel je eigenlijk wel weet waar hij op doelt en John is heel direct en zegt hardop: “Je geeft bijvoorbeeld liever niet toe dat je je geil voelt, zoals je net nog deed toen je je ondergoed op de wc uittrok. ” “Sst! ” zeg je er gelijk over heen en voelt dan je hoofd roder worden. Je zit met je rug naar de rest van het restaurant en kunt dus niet zien of iemand het gehoord heeft, maar voor je gevoel kijkt iedereen nu in jullie richting. John begint te lachen en zegt: “Rustig maar, niemand hoorde me “. Je kijkt snel even om je heen en ziet dat hij vermoedelijk gelijk heeft. John neemt een slok van zijn drinken en kijkt je aan. Jij neemt even de tijd om je gedachten op een rijtje te zetten en vraagt dan: “Was je mij aan het werven voor dat internaat van je? ” “Nee ” antwoordt John, “Dat moet je maar opzoeken op internet, je leek me gewoon interessant om te ontmoeten “. “En ben ik interessant? ” vraag je zonder na te denken, waarop John antwoordt: “Ja, je bent niet bang om gevoelens te tonen en volgens mij ben je ook nog eerlijk “. Je voelt je gevleid door zijn woorden, maar dan vraagt hij: “en anders om dan? ” Je denkt even na en zegt dan: “Je bent interessant, heel apart “. “Maar… ” vult John gelijk aan en jij zegt: “Maar.. tja, hoe zeg ik dat. Je weet me zo snel boos te krijgen “. John glimlacht en reageert met: “En dat ligt aan mij? ” Je kijkt John aan en zegt dan: “Ja, want het gebeurt me bij jou vaker dan bij iemand anders ” John trekt zijn wenkbrauwen op en jij voegt er snel aan toe: “Maar ook nee, want ik reageer immers zo “. John kijkt je aan en zegt dan droog: “Ik wilde weten wie jij bent en niet het beeld wat je anders had laten zien. Emoties liegen niet. ” Even is het stil en drinken jullie beide wat. Dan zegt John, “zowel boos als geil heb je mooie ogen “. “Ja, ja. Begin maar weer te slijmen ” zeg je er gelijk over heen. “Slijmen, waarom zou ik? ” is de eenvoudige reactie van John. En gelijk er achteraan zegt hij: “Blijkbaar heb je moeite met complimenten “, waarop jij vraagt: “Hoezo? “. “Bij de eerste opmerking over je ogen begon je te blozen, deze keer probeer je mijn opmerking af te doen als slijmen. Blijkbaar kan je er niet tegen wanneer ik zo iets tegen je zeg ” is de redenatie van John. Zijn constatering klopt wel, maar toegeven wil je nog niet en je zegt: “Waarom ben jij dan een van de weinigen die het zegt? “. ÔÇ£Dat zal je die anderen moeten vragen, maar waarschijnlijk zeg ik gewoon meer dan anderen. Ik neem aan dat anderen ook niet gelijk zeggen dat je tepels hard zijn, wanneer ze dat zienÔÇØ is de reactie van John, waarop jij gelijk reageert met: ÔÇ£Maar daarmee wilde je alleen zien hoe ik erop zou reagerenÔÇØ. ÔÇ£En dat wil ik met die andere opmerking niet?ÔÇØ vraagt John. Je bent even stil en dan voegt John er aan toe: ÔÇ£Uiteraard was mijn opmerking wel gemeend, anders zou het alsnog geslijm zijn geweest.ÔÇØ Je weet even niet wat je zeggen moet en neemt een slok drinken. Weer net op het moment dat jij je mond vol hebt zegt John: ÔÇ£Nu wil ik nog zeker weten dat die slip en BH ook uit zijnÔÇØ. Weer verslik je je bijna en John begint hard te lachen. ÔÇ£Hou op! Steeds wanneer ik wat drink. Het lijkt erop dat je het erom doet.ÔÇØ zeg je gespeeld boos, waarop John direct zegt: ÔÇ£nee, ik doe het erom. Maar nu wil ik het zien!ÔÇØ. Je kijkt John eerst met een vragende en dan met een strakke blik aan en zegt: ÔÇ£Nee, ik ga hier niet mijn rok omhoog doenÔÇØ. En het komt totaal niet in je op dat je gewoon je BH en string in je tas kan laten zien. ÔÇ£Dan begin je met je BH. Er is niemand die ons kan zien. Ik waarschuw je wanneer er wel iemand deze kant op kan kijkenÔÇØ is de reactie van John. Je kijkt John verbaast en vragend aan. Je verstand zegt ÔÇ£NEE!ÔÇØ maar je gevoelens zeggen dat het wel heel spannend zou zijn om te doen. Je kijkt een keer om je heen en ziet dat John gelijk heeft, maar nog steeds wint je verstand het van je gevoel. ÔÇ£Doe het!ÔÇØ zegt John streng en dan pas gaan je handen langzaam omhoog. Je voelt je hoofd rood worden wanneer je nog een knoopje losmaakt en dan een stukje van je borst laat zien. ÔÇ£Ga door, dat zegt nietsÔÇØ zegt John. En voorzichtig maak je nog een knoopje los. Voordat je weer iets van je borst kunt tonen, zegt John al: ÔÇ£Nog tweeÔÇØ. Je slikt een keer en maakt dan het volgende knoopje los. De rillingen gaan door je heen. Je verstand zegt nog steeds ÔÇ£NeeÔÇØ, maar je gevoel is sterker geworden door de opwinding die je erbij voelt. Je blouse is tot je navel al open, maar toch wil John dat ook nog dat volgende knoopje los gaat. ÔÇ£We zouden niet spelenÔÇØ zeg je in de hoop dat dat je zal redden, hoewel; eigenlijk hoop je dat niet eens. Maar John reageert met: ÔÇ£Ik zou je niet aanraken behalve bij het begroeten, over dit heb ik niets gezegdÔÇØ. Je laat je handen al naar het laatste knoopje gaan en maakt dat ook open. Dan kijk je John even recht aan en doe je langzaam je blouse open tot je borsten bijna helemaal ontbloot zijn. Dan zegt John: ÔÇ£Gezien, je hebt het gedaanÔÇØ. Je voelt je hart in je keel kloppen zo spannend voelt het aan, maar aan de andere kant voel je ook een en al opwinding. ÔÇ£Sla dicht, maar laat de knoopjes losÔÇØ zegt John gevolgd door: ÔÇ£Nog wat drinken?ÔÇØ Je kijkt John gelijk verschrikt aan en zegt: ÔÇ£Nee, niet zo!ÔÇØ maar het is al te laat, John heeft blijkbaar al de aandacht van een ober weten te trekken. ÔÇ£Je zou het zeggen wanneer ze ons konden zienÔÇØ is je reactie, maar John zegt gelijk: ÔÇ£Zorg dat je hem dicht houdt want hij is bijna bij jeÔÇØ. Je slaat je armen om je heen en wacht gespannen tot de ober bij je zal staan. John kijkt langs je heen richting de ober. Maar het duurt lang voordat de ober komt. Het duurt je te lang voordat hij komt en je kijkt snel over je schouder. John lacht en jij ziet niemand.
ÔÇ£Klootzak!ÔÇØ zeg je tegen John die lachend reageert met: ÔÇ£Dank je, je bent te lief met dat complimentÔÇØ. Mopperend maak je je blouse weer dicht. Maar John is totaal niet onder de indruk en zegt: ÔÇ£Je kon het weten, ik zou immers wat zeggen wanneer iemand ons zou kunnen zienÔÇØ. Wanneer je je blouse helemaal dicht hebt zeg je: ÔÇ£Als je maar niet denkt dat ik mijn rok hier ook zo omhoog zal trekkenÔÇØ. John kijkt je verbaast aan en zegt dan: ÔÇ£Maar dat is ook niet nodig, waarschijnlijk zit je slip gewoon in je tas; die kan je ook even openenÔÇØ. Je baalt er enorm van hoe hij je te pakken heeft genomen en hoe jij daar niet over had gedacht. ÔÇ£Je wist dat!ÔÇØ zeg je, ÔÇ£Ik had mijn blouse helemaal niet hoeven te openenÔÇØ. John glimlacht en zegt dan: ÔÇ£Nee, hoefde niet, maar het was wel leuker voor beide. Ontken het niet, want je genoot er van. Ik durf te wedden dat je drijfnat bent.ÔÇØ Je kijkt John aan, maar zegt nog niets. ÔÇ£Nou geef dan toe?ÔÇØ zegt John en jij slaat je ogen neer en mompelt dan: ÔÇ£JaÔÇØ. Even is het weer stil en jij beseft je dat John van alles met je kan doen. Hij kan je boos maken, maar binnen een paar minuten ook bloed geil. John kijkt eens op zijn horloge en zegt dan: ÔÇ£Het wordt tijd om te gaanÔÇØ. Zonder echt na te denken zeg je: ÔÇ£Waar gaan we heen?ÔÇØ. Waarop John antwoordt: ÔÇ£Ik ga naar huis, wat hier vijf minuten vandaan is, waar jij heen gaat dat weet ik nog niet. Ik neem je in elk geval niet mee, want we hadden afgesproken dat we dat niet zouden doen tijdens deze ontmoeting, maar je mag altijd daarna een keer langskomenÔÇØ. John staat op en zegt: ÔÇ£tot snelÔÇØ. Daarna begint hij weg te lopen. ÔÇ£HoÔÇØ zeg je gelijk, ÔÇ£Nemen we geen afscheid?ÔÇØ John kijkt je aan en antwoordt: ÔÇ£Alleen bij het begroeten had ik gezegdÔÇØ en dan loopt hij weg. Wat verbluft zit je voor je uit te kijken. Je baalt er best van dat de ontmoeting zo eindigt. Dan ineens staat de ober bij je en hij zet een drankje voor je neer en legt er een gevouwen briefje bij. Je opent het briefje en leest. De ontmoeting is voorbij. Het was gezellig. Hierbij vast mijn adres voor de volgende keer en mijn telefoon nummer voor het geval je het niet had opgeslagen. Daaronder zie je de gegevens staan. Er staat zelfs een plattegrondje vanaf het restaurant bij. Je stopt het briefje in je tas en ziet je ondergoed zitten. Je voelt de opwinding gelijk weer. Je geniet van het gevoel en drinkt je drinken op, terwijl je terug denkt aan deze ontmoeting. Je besluit om zeker eens te gaan zoeken op ‘BDSM internaat’ al was het maar vanuit pure nieuwsgierigheid. Dan sta je op en loop je naar de kassa. Je voelt je blouse over je blote borsten glijden. Bij de kassa geeft de ober aan dat alles al betaald is en hij wenst je een goede avond. Dan ineens weet je wat je moet doen. Je loopt naar buiten en typt een sms: ÔÇ£over een minuut of tien een tweede ontmoeting?ÔÇØ En nog geen tien seconden later ontvang je terug: ÔÇ£Ik heb de deur voor je laten open staan.ÔÇØ “